Petra on the rocks

Petra on the rocks

Na ons bezoek aan de vele historische bezienswaardigheden rondom Amman vervolgden we onze weg naar Wadi Musa over de prachtige bergachtige King’s Highway. De uitzichten waren adembenemend en we stopten vaak om deze goed in ons op te nemen. Aan het einde van de middag passeerden we het Dana Reserve. Vanaf de weg konden we in de verte een tiental bergen en de kloof van het natuurgebied onderscheiden. De laaghangende zon leverde prachtige plaatjes op.

Uitzicht over Dana Reserve

Bij aankomst in Wadi Musa zagen we vanuit onze hotelkamer nog net de zon zakken achter de bergen van Petra. Het was oudejaarsavond en dat besloten we te vieren in de Cave Bar, een restaurant in een grot vlakbij de ingang van Petra. Het naastgelegen hotel organiseerde een oudejaarsfeest voor toeristen, inclusief uitgebreid buffet, waterpijpen, optredens van groepsdansers en een buikdanseres, een dj en veel 2020-accessoires.

Zonsondergang met uitzicht over Wadi Musa en de bergen van Petra

Na een (te) korte nacht en een eenvoudig ontbijt (maar wel met uitzicht over Wadi Musa en de bergen), was het eindelijk tijd om Petra te bezoeken. In twee dagen tijd wandelden we 4 verschillende routes door de oude stad, wat inhield dat we meer dan 60.000 stappen zouden zetten. Toch hebben we slechts een fractie van het gebied gezien, want het beslaat ruim 40 vierkante kilometer. Petra bestaat uit grote aantallen prachtige graftombes met gedetailleerde decoraties, maar ook uit tempels en huizen die de Nabateeërs vanaf ongeveer 400 voor Christus uit het zachte rood-roze zandsteen hakten. Hoe precies, is nog steeds niet helemaal duidelijk. Het koninkrijk van de Nabateeërs strekte zich uit over modern Jordanië, Syrië, Saoedi-Arabië en Israël. Petra lag aan de Zijderoute en de tussenhandel en doorvoerrechten leverden hoge winsten op. De oude stad werd in 2007 verkozen tot één van de nieuwe zeven wereldwonderen.

Het begin van ons bezoek aan Petra verliep moeizaam: het was druk en koud en ik was moe. De mooie tombes die direct langs het wandelpad opdoemden, maakten gelukkig veel goed. Mijn favoriet was de Obelisk-tombe, vernoemd naar de 4 obelisken van 7 meter hoog die bovenop de gevel stonden. Vervolgens betraden we de prachtige Siq-kloof, die op sommige plekken slechts 3 meter breed is. We wandelden ons warm terwijl we grote toeristengroepen inhaalden en de moeheid maakte plaats voor adrenaline. Onze gids wees ons in de Siq op kleine details die we zonder hem zeker over het hoofd zouden hebben gezien. De opvallendste was een uit de rotsen gehakt duo van een dromedaris en man, waarvan nu alleen nog de voeten en het silhouet te zien waren.

Een uit de rotsen gehakt duo van een dromedaris en man in de Siq-kloof

Naarmate we dieper de kloof in liepen, werd hij nauwer en drukker. Rotswand na rotswand volgden elkaar op, tot we in de verte fracties van een imposant monument onderscheidden. Plots eindigde het smalle gedeelte van de kloof en stonden we oog in oog met de 40 meter hoge en 25 meter brede ‘Schatkamer’, het bekendste kunstwerk van Petra (ook te zien in deel 3 van Indiana Jones).

Door de eeuwen heen hebben aardbevingen het grootste gedeelte van Petra bedolven met rotsen en stenen, maar de ‘Schatkamer’ gelukkig niet. De kloof beschermde daarnaast tegen verval door zand en wind. Hierdoor zijn de zuilen en de meeste details van de graftombe (uitgehakt rond 85 v. Chr.) verbazingwekkend gaaf gebleven. Schatzoekers en plunderaars hebben de ‘Schatkamer’ helaas wel beschadigd: de gevel zit op sommige plekken vol kogelgaten door hun pogingen een vermeende schat bloot te leggen. De graftombe dankt haar naam namelijk aan een legende over een verborgen schat in de standbeelden.

De ‘Schatkamer’

Tegenwoordig worden de graftombes niet meer beschadigd door schatzoekers, maar door de hordes toeristen. Er gaan stemmen op om een eenrichtingsweg van de Siq te maken om zo de aantallen mensen in de kloof op een eenvoudige manier terug te dringen. Steeds meer plekken en routes worden afgesloten voor toeristen, om bijvoorbeeld te voorkomen dat ze over de eeuwenoude kwetsbare monumenten klauteren. Ook de dromedarissen en ezels moeten het ontzien als ze gedwongen worden vermoeide zwaarlijvige toeristen te vervoeren. Gelukkig zijn de toegankelijke routes nog steeds prachtig.

Een van deze routes bracht ons via de Straat der Façades langs het Romeinse Theater en tientallen tombes (en ezels en toeristenkraampjes), naar het uitzichtpunt bovenaan de Siq-kloof.  Vanaf dit punt konden we de ‘Schatkamer’  vanuit een ander perspectief bewonderen. Helaas had een ondernemende Bedoeïen hier een café-hutje gebouwd. ‘Het uitzicht bewonderen? Consumptie verplicht.’ Vreemd, aangezien dit de plek was met het beste uitzicht. Het voelde een beetje als gedwongen winkelnering 😉 Het hutje was ook nog eens erg krap. Er konden hooguit zes mensen tegelijk – gehurkt naast elkaar – van het uitzicht genieten. Gelukkig waren wij er vroeg op de dag, maar toen we wegliepen liepen rijen mensen richting het uitzichtpunt. Hoe zouden zij in hemelsnaam allemaal in dat hutje passen?

Uitzicht op de ‘Schatkamer’ van bovenaf

Op de terugweg liepen we langs de overblijfselen van weer een mozaïekvloer van een Byzantijnse kerk uit de 5de eeuw. Daarna daalden we af naar de Romeinse weg (want in het jaar 106 werd Petra ingelijfd door de Romeinen). De weg leidde ons naar het grootste monument van de oude stad: de ‘Grote Tempel’ van Petra. De naam klopt niet, want het was geen tempel. Archeologen van Brown University startten opgravingen in 1993 en legden een kleine halve cirkel bloot, die waarschijnlijk dienstdeed als raadkamer voor de lokale regering of rechtspraak.

De raadkamer van de ‘Grote Tempel’

Vanaf de ‘Grote Tempel’ kronkelde het wandelpad anderhalf uur omhoog, langs rotsen, kliffen, toeristische kraampjes, bedelende katten en krijsende ezels, naar een ander monument: het ‘Klooster’. Anders dan de naam doet vermoeden, was dit oorspronkelijk waarschijnlijk een tempel. Met 51 meter hoog en 49 meter breed is het aanzienlijk breder dan de ‘Schatkamer’, maar er zijn minder details bewaard gebleven en met name de onderste helft is duidelijk beschadigd door aardverschuivingen. We volgden de bescheiden bordjes naar ‘the best view in de world’. Of het echt het beste uitzicht ter wereld is durf ik niet te zeggen, maar we zagen imposante ‘het klooster’ van bovenaf en de prachtige wijde omgeving.

Het immense Klooster

Via dezelfde route bereikten we wederom de Straat der Façades. Dit keer wandelden we in westelijke richting een halfuur stijl omhoog naar de Hoge Offerplaats. Op dit plateau offerden de Nabateeërs dieren, wiens bloed naar beneden stroomde via speciale afvoerkanalen. Langs het wandelpad prijkten ook twee obelisken van meer dan zes meter hoog. Deze vertegenwoordigen waarschijnlijk de belangrijkste mannelijke en vrouwelijke goden van de Nabateeërs. De meeste toeristen wandelden vanaf dit punt dezelfde route weer naar beneden, maar wij namen het tegenoverliggende wandelpad. Het pad was haast uitgestorven, afgezien van een kudde schapen die ons hard hollend passeerde. We hadden geen idee wat we van deze route konden verwachten, want hij was veel minder bekend en we hadden ons niet ingelezen.

Of het alleen door ons gebrek aan verwachtingen kwam, weet ik niet, maar deze pittoreske route zou een van de (vele) hoogtepunten van ons bezoek aan Petra worden. We volgden het pad omlaag en kwamen langs het monument van een Leeuw. Vroeger stroomde het water uit zijn mond vanaf de rotswand erboven. Beneden bereikten we een idyllische kloof met monumenten gevormd uit prachtige veelkleurige rotsen. Eén daarvan was het ‘Graf van de Tuin’, dat geen graf was maar waarschijnlijk een waterreservoir. Een andere was het ‘Graf van de Romeinse Soldaat’, met een deur van maar liefst 1,6 meter breed en 3,6 meter hoog. Het dankt zijn naam aan de gebeeldhouwde figuren in de gevel met Romeinse legerkleding aan. De rest van de route passeerden we nog enkele mooie tombes, voordat we de Straat der Façades weer bereikten.

Uitzicht vanaf het Graf van de Tuin

Ten slotte probeerden we aan het einde van dag 2 een laatste route. Deze zou ons volgens Maps.me terugbrengen naar de ingang van Petra in Wadi Musa, zodat we niet voor de vierde keer dezelfde route door de Siq moesten afleggen. Het was een prachtige weg door een vallei met her een der vervallen tombes in de bergwand. Sommige tombes werden overduidelijk bewoond. Het wandelpad werd echter steeds onduidelijker, rotsachtiger en smaller. Omdat we geruchten hadden gehoord dat sommige wandelpaden waren afgesloten, besloten we daarom rechtsomkeert te maken, en onze laatste dag in Petra toch af te sluiten met een laatste wandeling door de Siq.

Onze laatste doodlopende route in Petra

De volgende dag lieten we Petra en Wadi Musa achter ons. Voordat we verder richting het zuiden reden, stopten we nog een laatste keer om te genieten van het uitzicht, vlakbij een “I love Petra”-bord. Een toepasselijke afsluiting, want Petra was inderdaad geweldig en bijzonder, zonder meer vergelijkbaar met Angkor Wat in Cambodja en Machu Picchu in Peru. I loved it!