Treasures of the Peruvian desert

Treasures of the Peruvian desert

Na onze avonturen in het diverse landschap van het Huascaran nationaal park, zetten we onze reis voort richting een op het eerste gezicht saaier en eentoniger gebied: de woestijn van Peru. We hebben de afgelopen dagen echter ervaren dat het verre van saai en eentonig is. De Peruaanse woestijn huisvest vele schatten: van gevarieerd natuurlijk schoon tot historisch erfgoed.

We startten onze reis door de woestijn in het kustplaatsje Paracas, waar de woestijn ophield en opging in de oceaan. Met een minibuggy crosten we over het harde zand van het nationaal park van Paracas. Bij de kustlijn leek het leek alsof de aarde werd opengereten en plots ten einde kwam in de vorm van imposante kliffen en zilveren, gouden en rode stranden.

Het rode strand van ‘Playa Roja’

Vlak voor de kust bevindt zich een aantal kleine rotseilanden, de Islas de Ballestas, waar we samen met vele andere toeristen langs zijn gevaren. De eilanden worden niet bewoond door mensen, maar door zeeleeuwen, pinguïns en circa twee miljoen vogels! Deze eilandjes werden door onze Peruaanse gids de ‘mini Galapagos’ genoemd, maar of dat helemaal terecht is?

Humboldt pinguïns
Zeeleeuwen
Miljoenen vogels

De enorme hoeveelheid poep die de vogels op de eilanden produceren, ‘guano’ genoemd, is enorm vruchtbaar. De Peruanen ‘oogsten’ deze guano om te gebruiken en te exporteren als natuurlijke mest. Volgens onze gids was het zelfs Peru’s belangrijkste exportproduct. In de negentiende eeuw werden veel Chinese contractarbeiders als een soort slaven ingezet om de guano te oogsten.

Ooit leefden er 40 miljoen vogels op de Ballestas. In verband met de belangrijke guanoproductie werden ze namelijk beschermd. Deze beschermstatus werd echter opgeheven door het succes van de vangst van ansjovis, tevens de belangrijkste voedselbron van de vogels. De ansjovis wordt in fabrieken in Paracas ingeblikt en voornamelijk als veevoer geëxporteerd.

Rondom onze volgende bestemming, de toeristische oase Huacachina, was het woestijnzand ruller en waren de zandduinen hoger dan in Paracas. De populairste activiteit in dit backpackersparadijs is een combinatie van een buggytour en zandboarden. Althans, tot voor kort was het de populairste activiteit. Een paar weken geleden zijn namelijk twee toeristen omgekomen tijdens een buggytour en daarna op bevel van de politie alle tours geannuleerd. Wij hadden de ‘mazzel’ dat de tours de dag voor onze aankomst in Huacachina weer waren toegestaan.

Huacachina, oase in de woestijn

We boekten de tour bij Peru Hop, onze vervoersmaatschappij. Voor het gemak hadden we er namelijk voor gekozen om een van de trajecten van deze organisatie te boeken, waarvan de reisdata tot 12 uur vooraf kunnen worden gewijzigd. Naast busvervoer biedt Peru Hop ook excursies aan. Gezien onze strakke reisschema in Huacachina (we verbleven er slechts een nacht), besloten we de buggy- en zandboardtour bij hen te boeken.

Als ik van tevoren had geweten wat de buggytocht en het zandboarden precies inhield en dat het zo massaal zou zijn, dan had ik het niet gedaan. Middenin een massa van zo’n honderd mensen, waardoor ik al enigszins sceptisch werd over de tour, kregen we samen met zes andere toeristen een buggy met chauffeur toegewezen. Deze probeerde een achtbaaneffect te bewerkstelligen door met een sneltreinvaart over de hoge duinen te crossen. Het pretparkgevoel werd compleet gemaakt door het gegil tijdens de afdalingen. Ik vond het verschrikkelijk en ook doodeng!

Massale buggytours

Tijdens de eerste stop hadden we wel werkelijk prachtig uitzicht over de hoge zandduinen en zagen we een prachtige zonsondergang. Na de doodsangsten die ik op de heenweg had uitgestaan, wilde ik voor geen goud weer in de buggy stappen. Bokkig verkondigde ik dat ik wel terug ging lopen, wat uiteraard geen uitvoerbare optie was. De terugweg heb ik met ogen dicht en met angst en beven doorstaan. Han vond de buggyrit en het zandboarden overigens wel heel leuk.

Prachtige zandduinen
Zandboarden

De buggytour was niet onze enige tour via Peru Hop. We bezochten een Pisco-wijngaard in Ica, een stad in de woestijn waar druiven worden verbouwd om zoete wijnen en Pisco te maken. Pisco is een sterke alcoholische drank, de lokale specialiteit die tussen de 38 en 50 procent alcohol bevat. We werden tijdens deze tour echter met twee busladingen vol tegelijk rondgeleid!

Het was de meest massale tour die we ooit hebben meegemaakt en het pretparkgehalte rees wederom de pan uit. De wijnen waren zo zoet dat ze niet aan ons waren besteed, maar de tour was (afgezien van de massaliteit) wel interessant. De gids verkondigde trots dat ze minderjarig was tijdens de tour, maar dronk wel vrolijk met ons mee tijdens de proeverij na de proostleus: arriba, abajo, al centro, al dentro!

Na deze twee tours hebben we besloten om Peru Hop alleen nog maar te gaan gebruiken als een vervoersmiddel en de tours links te laten liggen. Het contrast met de massaliteit van voornoemde excursies was groot toen we onze eigen gang gingen. Zo bezochten we de oase Moron, vergelijkbaar met Huacachina, maar dan met een groter (en schoner) meer zonder omringende bebouwing. Met ons waren een handjevol lokale mensen naar het meer gekomen. De stilte werd slechts af en toe verstoord door het gefluit van vogels en het gespetter van water. We zaten een poosje op een van de duinen met uitzicht op het meer. Op deze manier kwam de schoonheid van deze oase echt tot zijn recht. Volgens onze gids wordt het water in het meer van Huacachina kunstmatig bewaterd en is het erg vervuild, maar het meer van Moron niet. Hier woont een opzichter in een houten hut met uitkijktoren die in de gaten houdt of iedereen zich wel aan de regels houdt en zijn afval opruimt.

Oase Moron

Richting onze volgende bestemming Nazca werd de woestijn rotsachtiger. We betraden het noordelijke deel van de Atacamawoestijn, die zich verder zuidelijk uitstrekt tot in Chili. Het is de droogste woestijn ter wereld: slechts twee maanden per jaar heeft dit gebied toegang tot water via rivieren. De overige maanden wordt het water meters onder de grond vandaan gehaald. Hierdoor vormen zich her en der wel vruchtbare groene vlaktes. Onze gids vertelde dat de inwoners van Nazca gedurende deze tijd van het jaar slechts twee uur per dag toegang hebben tot water.

In dit gebied leefde zo’n tweeduizend jaar geleden (lang voor de Inca’s!) het Nazca-volk en het staat bekend om de Nazcalijnen. Dit zijn honderden meterslange figuren en lijnen, slechts centimeters diep, die door de Nasca’s in een gebied van 520 km2 zijn gemaakt. Ze zijn al die jaren bewaard gebleven omdat het hier nauwelijks regent en omdat de rotsen ze tegen de wind beschermen. De lijnen zijn alleen vanuit de lucht echt goed zichtbaar; dan is te zien hoe kaarsrecht en perfect de lijnen en figuren zijn gemaakt. En dat over soms honderden meters afstand!

Het blijft een mysterie hoe de Nazca de lijnen hebben kunnen maken. Volgens sommige theorieën zijn ze dan ook niet door de Nazca, maar door aliens gemaakt. Eén van de figuren wordt namelijk ‘de astronaut’ genoemd, omdat het op een alien lijkt. Volgens deze theorie waren de lange brede Nazcalijnen bedoeld als landingsbanen voor de buitenaardse wezens. Volgens de lokale bevolking echter, zijn de lijnen niet door aliens, maar door de Nazca gemaakt en waren de bredere lijnen bedoeld als ceremoniële offerplaatsen. De afbeelding van de astronaut betekent volgens hen wel dat ze contact hadden met buitenaardse wezens! De meest aangehangen theorie houdt in dat de lijnen en figuren dienden als offers aan de goden ten tijde van extreem gebrek aan water. Nazca betekent in Quechua-taal dan ook ‘mensen die lijden’.

De eerste figuren die we hebben gezien waren vanuit een uitkijktoren langs de snelweg: de hand, de boom en de hagedis. De laatste wordt door de snelweg doorbroken, want de weg was aangelegd voordat men doorhad dat er een historisch figuur op de ondergrond was afgebeeld.

“De hagedis” die door de snelweg wordt doorbroken

De figuren werden weliswaar voor het eerst herontdekt door Spanjaarden in de 16e eeuw, maar ze werden vergeten. De lijnen zouden in de 20e eeuw het levenswerk worden van de Duitse archeologe Maria Reiche. Door haar succesvolle pogingen de lijnen onder de aandacht van het grote publiek te brengen staan ze sinds 1994 op de werelderfgoedlijst van Unesco. De uitkijktoren was ook haar initiatief.

De Nazca uitkijktoren

De meeste Peru Hoppers hielden het bij het bezoek van 10 minuten op de uitkijktoren om daarna direct door te reizen naar Arequipa. Wij besloten een nacht in Nazca te blijven, om de lijnen echt goed te bekijken vanuit een vliegtuigje en meer over het Nazca-volk te leren.

We zouden om 7 uur de volgende ochtend opgehaald worden voor onze vlucht over de lijnen, maar in verband met de gebruikelijke ochtendmist in deze tijd van het jaar liep het vertraging op. Op het vliegveld wachtten we ongeveer 2 uur voordat de mist was opgetrokken en we mochten instappen. Het was een super klein vliegtuig, geschikt voor slechts acht personen!

Ons vliegtuigje

De eerste tien minuten vond ik super leuk. Het uitzicht was prachtig! Alhoewel ik het eerste figuur (de walvis) miste, waren de astronaut, de hond, de aap, de kolibrie en de condor duidelijk te zien. De piloot zorgde ervoor dat de figuren voor alle inzittenden, zowel aan de linker- als de rechterkant van het vliegtuig, zichtbaar waren, waardoor we flink heen en weer schommelden. En dat terwijl ook de hoogte constant fluctueerde. Ik werd kotsmisselijk! Gelukkig had ik geluisterd naar het advies om van tevoren niet te eten… Al met al was ik weer blij om weer met beide benen op de grond te staan.

Nazcalijn “de kolibrie”

Vervolgens bezochten we de Nazcapiramides Cahuachi. Deze werden in 1922 ontdekt in de rotsachtige heuvels van de woestijn. Het piramidevormige en doolhofachtige bouwwerk was hoofdzakelijk bedoeld voor ceremoniële doeleinden.

Cahuachi

Archeologen hebben opgravingen gedaan en veel keramiek, schelpen, maar ook mummies en schedels van geofferde mensen gevonden. Het hoofd werd afgehakt, vervolgens werd een gat in de schedel geboord om een touw doorheen te doen om het hoofd aan op te hangen. De ogen en mond werden dichtgesnoerd met cactusstekels, omdat de Nazca geloofden dat ze anders in het hiernamaals door hun geofferde slachtoffers zouden kunnen worden verraden en worden bestempeld als moordenaars….

Vervolgens bezochten we het museum in Nazca, waar de opgegraven schatten tentoongesteld stonden. Van textiel tot touw, en van obsidiaan (zwart vulkanisch glas dat werd gebruikt om de geofferde mensen mee te onthoofden) tot doorboorde hoofden.

Doorboorde hoofden van geofferde mensen

Na deze interessante bezienswaardigheden was het tijd om het woestijnlandschap achter ons te laten en de nachtbus te nemen naar de ‘witte stad’ Arequipa. Ik zal de woestijn nooit meer bestempelen als saai of eentonig!